vrijdag 15 januari 2010

AHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH

Ik ben al dagen als een idioot aan het monteren en kom telkens weer tot de ontdekking dat ik nog iets mis of dat er iets niet klopt.Of dat de geluiden niet kloppen of dat geluiden niet lang genoeg duren of te kort... of dat er een frame-pje teveel aan een shot hangt of dat het beeld licht is of te donker, of dat de shots niet qua kleur overeen komen of qua geluid.
Ik heb aan de kleur zitten prutsen (NEVER ENDING STORY), is er nog een weg terug...? Eten en slapen zijn gereduceert tot onbeduidende zijstraten. Badend in koud zweet wordt ik 's nachts wakker. Jezus doe ik dit voor mijn lol? En dan ga ik toch maar weer monteren.
Beoordeling, drama.
Spijt achteraf...had ik maar....
Niet dat ik helegaar geen plezier aan dit project beleefd heb, integendeel. Maar nu zie ik het even niet.
Van het geluid baal ik eigenlijk momenteel nog het meest. Ik heb eigenlijk echt geen idee hoe ik dat moet aanpakken. Ik krijg niet veel voor elkaar met sound booth. Waarom kun je bij het ene geluidsstuk de meeste ruis eruit halen an bij het andere nix?
Het moeilijkst met zowel kleur als geluid is dat je niet alles mooi naast elkaar kan zien zodat je kunt zien hoe het totaal plaatje wordt. Ik hoe kleur verschillen(laat ik het over geluid verschillen maar niet hebben).
Nou ik ga nog maar even verder...slik....succes allen...zucht

maandag 11 januari 2010

De laatste week voor de opdracht, nu al??

Afgelopen week besloot mijn harde schijf het te begeven. Zucht....
Ik dank de goden dat ik niet met een HD camera in de weer ben gegaan want dan was ik nu reddeloos verloren en had ik alles opnieuw kunnen filmen.
Niet dat ik er de aankomende tijd erg florisant voor sta maar ik ben min of meer op het punt waar ik gebleven was. Ware het niet dat ik al het geluid kwijt ben.
De huidige toestand dringt simpele oplossingen aan mij op. Mijn aanvankelijk woeste plannen zijn gereduceerd tot een verhaaltje op Nijntje Pluis niveau. Als ik maar een begin, midden en eind heb galmt het door mijn leegstaande hoofd !!! Slik...
Wat staat mij nog te doen?
De drie scenes nog maar eens beschrijven. Ter controle naar een klasgenoot sturen met de vraag of het volledig is. Nieuwe shot list maken. Morgenochtend filmen. Monteren. Geluidsontwerp. Daar ga ik nog alderbarstens veel werk aan hebben. Hoewel ik de opdracht geloof wel weer erg zwaar heb opgevat. Ik had gedacht dat er geen synchroon opgenomen geluid gebruikt mocht worden. Als je er maar sprake is van een eigen ontwerp.... Dat wordt nachtwerk.
Succes met de laatste loodjes allen....!

vrijdag 1 januari 2010

Filmplan

Aan de A59, die van 's-Hertogenbosch naar Nijmegen loopt ligt ietwat weggezakt in het kreupelhout een verlaten varkenshouderij in een laatste koude zonnestraal te wachten op de nacht. Nog slechts een drietal stallen doen denken aan een beladen verleden, waar vandaan vele varkens de lijdzame weg hebben afgelegd naar een, door bestek geflankeerd bord.
Zodra ik oog in oog met deze stallen sta, borrelen vragen op in mijn hoofd en wanneer ik eenmaal binnen ben gaat mijn fantasie met mij op de loop. Waarom staat deze buitensporige lelijkheid werkeloos af te brokkelen? Een dode kat in verregaande staat van ontbinding. Tussen de gaten in de vloer schittert de stront in een waterige middagzon. Muren bedekt, spetters poep.
Waarom ontkom ik evengoed niet aan de schoonheid van deze plek. Hier ervaar ik de woede van de natuur die haar gelijk komt halen. Piepende stukken loshangend metaal. Klapperende deuren. Gekreun. Gekraak. Een krassende kraai. Beplanting neemt het over van de menselijke orde, doorboort het beton, slurpt de achtergebleven mest op en tiert welig. Een muizenfamilie ligt veilig weggedoken in een matras. Er ligt beddengoed en een pyjama. Blauwe wollen dekens. Naast de dode kat. Heeft een mens zich hier ooit prettig genoeg gevoeld om de nacht door te brengen?

De eigenaar kan het weten maar wie is de eigenaar? Ik vraag het de buren en ik vraag het voorbijgangers. En ik zoek op internet en bij het kadaster. Een varkenshouder uit de buurt vindt het helemaal niet absurd, “dat vinden jullie wel he?” Dat daar iemand geslapen heeft.

Synopsis
Aan het einde van de gang in een streep licht ligt op de grond een matras. Erop een blauwe wollen deken, een stuk touw. Plastic zakken ritselen op de tocht. Een kledingstuk met pyjama motief. Lakens met een gele streep. In de door schimmel aangetaste kledingstukken zitten naamkaartjes genaaid waarop de naam H. Hoonakker staat.
Was het H. Hoonakker die in deze, in duisternis gehulde stank de nacht door bracht?

Er zijn twee aan elkaar verwante elementen die een rol spelen in deze korte documentaire, fysiek en mentaal verval. Gebouw en mens. Er schuilt schoonheid in beider verval. Niet in de perfectie van de dingen openbaart zich iets moois maar juist aan de randen die aan afbrokkeling ten prooi vallen. Daar gaat deze documentaire over zich, de schoonheid van het verval. De zoektocht naar H. Hoonakker brengt de schoonheid van het fysieke verval naar het mentale.

De documentaire begint op de weg naar de stal toe, noord Brabant, omgeving van Den Bosch. De weg die naar de stallen toe leidt. De kijker wordt meegevoerd en weet nog niet waar we heen gaan. In de beelden zit veel sfeer die een bepaalde spanning bij de kijker kunnen oproepen. Donker, naargeestig, regenachtig, herfstig. Krassende kraaien. Ondefinieerbare geluiden, is daar iemand? De manier waarop ik de stallen zie wil ik zowel in totaal alsook in gedetailleerde beelden laten zien. In de documentaire zal daar dan ook een groot deel van de beelden aan gewijd worden.
Eenmaal in de stal stuitten we op sporen van menselijk gebruik. Als kijker wordt je nieuwsgierig. Wie zou daar nou geslapen hebben?
Daar begint de speurtocht naar H. Hoonakker. …


Gewapend met een camera dan wel geluidploeg gewoon ergens beginnen, intuïtief afgaand op vage aanwijzingen of spontane ideeën. Gebruik makend van de gegeven omstandigheden, licht, geluid, temperatuur, neerslag, een matras in een vervallen stal, paar rotte kledingstukken met een naamkaartje erin. Ik wil bij voorkeur mijn onderzoek verrichten op druilerige dagen omdat ik het beklemmende gevoel wil versterken dat ik voel wanneer ik de plek bezoek. Bij boeren in de omgeving wil ik samen met een cameraman en geluidsvrouw inlichtingen winnen over het verleden van de boerderij. Ik zal ze vragen of ze weten wie er ooit geslapen heeft en wat ze daarvan vinden.

Een belangrijk aandeel in deze documentaire zal het geluid hebben. Van gesproken tekst zal geen sprake zijn. Voor de geluidsmontage laat ik me inspireren door de mogelijke geluiden die de nachtelijke bezoeker gemaakt kan hebben en dat wat H. Hoonakker gehoord heeft. Dus het uitkloppen van een deken, het rinkelen van een munt op de betonnen vloer, een kraak, een piep... Als kijker moet je het gevoel hebben alsof je bij de nachtelijke bezoeker bent.

Ik wil niet letterlijk op de kerstgedachte in gaan maar ik vind het wel een grappige overeenkomst dat het rond kerst is en de parallel met Jozef en Maria die in een stal overnachten. Kerst is een welkome aanvulling op deze documentaire, die eigenlijk nog een derde laag in de film brengt. Of ik dit ook daadwerkelijk ga integreren? Misschien is het teveel. De beelden moeten dat ook uiteindelijk gaan uitwijzen. Ik wil me niet teveel vast leggen temeer omdat ik ook echt niet weet of het gaat lukken. De Binckhorst een vrij open instelling en kun je er zo naar binnen wandelen. Juist het improviseren vind ik mooi en belangrijk dus ik laat het open. Misschien eindig ik wel met een foto van iemand, of met een paar voetstappen in de sneeuw?

Vanaf de dag dat ik ze ontdekte hadden de verlaten varkensstallen aan de A59 een grote aantrekkingskracht op mij. Op weg naar mijn werk passeer ik ze altijd maar het heeft een paar maanden geduurd voor ik ze daadwerkelijk bezocht. Die eerste ochtend werd ik gegrepen door de schoonheid van hun lelijkheid, precies zoals het me meestal vergaat wanneer ik ergens verval bespeur. Het was een koude zonnige dag in november en ik moest bewegen om warm te blijven. Enigszins gehaast bekeek ik de plek en besloot dat dit de ruimte was waarover ik mijn project wilde doen. Een idee voor een verhaal had ik nog niet.
Leeg staande vervallen panden hebben altijd een enorme aantrekkingskracht op mij. Het verval dat intreedt zodra mensenhanden dat proces niet langer proberen te verdoezelen vind ik buitengewoon fascinerend. Verval geeft mij een gevoel dat het klopt, dat de dingen zijn zoals ze horen te zijn, zoals alles vroeg of laat tot stof zal wederkeren. De opgepoetste schijnwerkelijkheid van de wereld waarin ik leef is een façade en geeft mij een onnatuurlijk gevoel, alsof de waarheid voor mij wordt achtergehouden. In lege panden gaat mijn fantasie met me op de loop, vooral als ik er alleen ben.

Een dag of twee later wederom ginds wijt gegaan. Deze keer uitgebreider de tijd genomen. Het matras ontdekt. De stallen hebben wat mij betreft geen prettige geschiedenis en een dergelijke sfeer blijf je voelen. Zou iemand hier écht de nacht doorgebracht hebben? Ik dacht meteen aan een schizofrene persoon, zich niet bewust van de absurditeit van de keus voor zijn slaapplek. Daarop viel mijn oog op de lakens, witte lakens met een geel lijntje. Dit was een aanwijzing dat het wellicht inderdaad een halve gare betrof. Toen ik de labeltjes in de kleding zag wist ik genoeg.

Psychoses en schizofrenie heb ik van dichtbij meegemaakt en ook dat fascineert me. Ik realiseer me hoe kwetsbaar mensen zijn maar ook dat ze in verwarring soms op de vreemdste plaatsen belanden. Ik weet dat de persoon aan wie de kledingstukken behoren, in een tehuis voor zwakbegaafden, een kilometer of 5 van de varkensstallen verwijdert woont/heeft gewoond. Er overvalt me toch wel een 'one flew over de cuckoo's nest'gevoel.



Treatment
Een troosteloos november landschap, grauw van de regen. Druppels slaan neer op de beslagen autoruit. Ruitenwissers zwiepen piepend heen en weer. Kletterende regen op het dak. Brommende motor, de verwarming loeit.In de auto is het warm en veilig. Bomen flitsen voorbij, een lange laan. De auto nadert een verlaten, donker uitziende boerderij. Houdt halt. Turen naar buiten door een gat in het beslagen glas. Een drietal stallen in verregaande staat van ontbinding. Regen klettert nog immer genadeloos. Op de oprit naar de stallen ligt een betonnen paal overdwars om ongewense bezoekers te weren. Wind speelt met de loshangende dakdelen. Klaterende voetstappen in koude modderplas. Een deur op een kier...

Donker, in de verte een deur die open en dicht waait. Nog immer genadeloze regen op golfplaten dak. Gekraak en gekreun. De wind loeit. Piepende stukken loshangend metaal. Gerasp. Een krassende kraai. Langzaam wennen je ogen aan het donker. Klinken daar voetstappen? Geschuifel? Een steentje valt door een kier in de betonnen vloer, plonst in de dikke brei eronder, stront.

Aan het einde van de gang in een streep licht ligt op de grond een matras. Erop een blauwe wollen deken, een stuk touw. Plastic zakken ritselen op de tocht. Een kledingstuk met pyjama motief. Lakens met een gele streep. In de door schimmel aangetaste kledingstukken zitten naamkaartjes genaaid waarop de naam H. Hoonakker staat. Is het H. Hoonakker die in deze in duisternis gehulde stank de nacht heeft doorgebracht?

Twee nietige figuurtjes bewegen zich door het kale landschap, boerendames . De lege stallen horen in het verhaal van hun omgeving. Ze kijken er niet van op. Op luidde toon voeren zij alledaagse gesprekken. “Wie hier de eigenaar is?” Er wordt gewezen, meewind... “En dan voorbij die rotonde. “Wanneer u bij een groot huis met vrachtwagens in de voortuin komt hebt u het huis van de eigenaar gevonden.”
Een bleke, ziekelijk uitziende boer in nog groenere overall, stapt in bemodderde kaplaarzen, af op het hek dat zijn erf scheidt van de omgeving. Sprekend worden geel bruine stompjes zichtbaar in een schuchter gelaat. “Ik weet van niets, de buurman weet daar meer van af.” Wijst.

't Is donker. In de schaduw van de stal staan ze, op een ladder, gebogen over een silo vol varkensvoer. “De eigenaar is van der Valk, er kwam 'n snelweg en toen moest'n ze weg”. De boer en de knecht. De boer en de zoon? Even oud lijken ze. Het boerenbestaan laat niemand jong. De regen blijft striemen. In de verte de drie verlaten varkensstallen. Beton rondom. Voorbij het prikkeldraad de verte, bijna eindeloos, onderbroken door de A59. “Ja, dat vinden jullie bizar he dat daar iemand geslapen heeft”.

Opgetuigde boom, vrolijke muziek, klaterende stemmen, kerstfeest op de Binckhorst. Wie zou hier aan willen ontsnappen? Een tehuis met onvermurwbaar personeel die er de patiënten zover mogelijk van de 'normale'wereld verwijdert probeert te houden. Fluorescerende roze capsules tegen waanzin. Waar is H. Hoonakker?